zondag 28 augustus 2011

Artikel 12 voor eurolanden.

Ik las vandaag wijze woorden van Christine Lagarde op NU.nl: Volgens haar is "het vertrouwen in beleidsmakers in de afgelopen jaren stevig aangetast". Daar raakt ze nu het punt waarom de financiële crisis draait: vertrouwen.

Als ik overweeg geld te lenen aan iemand anders doet ik dit op basis van vertrouwen. Natuurlijk hebben juristen keurig en duidelijk in het leningscontract omschreven wanneer de lening afloopt, wanneer het leenbedrag moet worden terugbetaald en welke rente betaald moet worden, maar ik moet er maar op vertrouwen dat de lener zich hier ook aan houdt. Zolang ik niet kan afdwingen dat de lener zich aan de afspraken houdt, dan ben ik overgeleverd aan zijn grillen en moet ik er maar op vertrouwen dat het goed komt.

Stel dat je overweegt geld te lenen aan een euroland. Je vertrouwt erop dat dit land de verplichtingen op deze lening nakomt. En zo, niet? Dan zullen de andere eurolanden toch wel garant staan? Toch? Wie dwingt dit eigenlijk af? Gek eigenlijk, dit is niet geregeld binnen de euro-afspraken. Toch wel, zeggen de politici, want we hebben een stabiliteitspact; landen mogen zich niet in een economisch risicovolle positie bewegen. Maar er zijn geen sancties, zoals bijvoorbeeld een Artikel 12 die gemeenten in curatele stelt als de gemeentefinanciën niet op orde zijn. Opzienbarend eigenlijk: op lokaal niveau doen hebben we een stabiliteitspact en sancties sinds mensenheugenis, maar dit geheugen functioneerde waarschijnlijk niet bij politici toen de euro werd ingevoerd (economen hebben hier toen weliswaar voor gewaarschuwd). Dus wat gebeurt er eigenlijk als een land niet aan zijn verplichtingen kan voldoen? Ga ik nu wel of niet geld lenen aan dit land?

Wanneer leent iemand dit land geld? Dit zal hij doen als hij erop vertrouwt dat dit land het geld kan terugbetalen. Voor een euroland betekent die dat hij erop vertrouwt dat het niet gebeurt dat een land zijn verplichtingen niet kan nakomen of dat er dan wel een ander land garant zal staan als er zich dan onverhoopt toch een betalingsprobleem mocht voordoen. Hier schuilen de twee oplossingen voor de huidige eurocrisis. De eerste is hopen dat de economie zich weer snel herstelt, waardoor het collectieve vertrouwen in alles weer toeneemt. Deze oplossing is ideaal voor onze huidige politici. Binnen deze context ziet Christine Lagarde het dan ook verkeerd als ze over onze politici stelt dat "er een groeiend besef is dat de overtuiging, of de wil, ontbreekt om de beslissingen te nemen die noodzakelijk zijn". Immers, ze hoeven ook niets te doen als de economie weer aantrekt. Gewoon wachten, doorpraten over bijzaken en alles komt goed.

Helaas neemt de kans steeds verder af dat de eerste oplossing aanslaat en moet een lener kunnen vertrouwen dat een andere land garant zal staan. Zoals gezegd, dit kan niet worden afgedwongen binnen de eurozone; als de situatie zich voordoet, zal er dan een oplossing gevonden moeten worden. Zoals nu dus. En wat krijgen we? Een steunfonds dat wel of niet groot genoeg is (Kan ik erop vertrouwen dat dit groot genoeg is en ook altijd groot genoeg zal zijn?). Of euro-obligaties waarbij ik erop moet vertrouwen dat alle eurolanden bereid blijven om aan de leningsverplichtingen te voldoen, terwijl er geen sancties op economisch wanbeleid kan worden afgedwongen. En de politieke topoplossing: nog meer overheid in de vorm van een overlegorgaan van Europese ministers van financiën die de problemen verder met elkaar zullen bespreken.

Natuurlijk is het vertrouwen in onze beleidsmakers aangetast zoals Christine Lagarde stelt. Er worden iedere keer weer nieuwe economische pleisters geplakt om de problemen aan te pakken, waarmee politici tijd kopen zodat economisch herstel dichterbij komt en iedereen van tevredenheid weer in slaap sukkelt. Maar zachte heelmeesters maken stinkende wonden en voordat de stank ondraaglijk wordt moet de kern worden aangepakt: sancties kunnen afdwingen bij economisch wanbeleid. Een Artikel 12 voor eurolanden. Pas dan zal het vertrouwen echt herstellen.








zondag 14 augustus 2011

De westerse begrotingsdicipline is op een dood spoor

De huidige kredietcrisis is maar ten dele een crisis veroorzaakt door de financiële wereld. Langzaamaan wordt duidelijk dat het vooral een crisis is die ligt in het hart van onze westerse democratieën, namelijk in begrotingsdiscipline en in anticyclisch economisch beleid. Het is bekend dat politici nauwelijks in staat zijn om in tijden van hoogconjunctuur zuinig aan te doen. En in tijden van laagconjunctuur zwaaien dezelfde politici met de bijbel van Keynes om te verkondigen dat bezuinigen moeten worden uitgesteld.

Na vier generaties algemeen kiesrecht zitten de meeste Westerse landen opgescheept met overheden die vaak wel 50% van het bruto nationaal product opslurpen. In Amerika wordt inmiddels vrijwel de gehele hypotheekmarkt door de overheid gedekt en Nederland dreigt dezelfde kant op te gaan. De Nederlandse huizenprijzen worden nog eens gestut door de hypotheekrenteaftrek. Hoge huizenprijzen die Nederlanders opzadelen met hoge hypotheken waarmee sociale huurwoningen en ander overheidsbeleid gefinancierd kunnen worden. Nu de kapitaalmarkten veel van deze landen niet meer serieus nemen, en ook niet het financieren van de Nederlandse huizenkoper, wordt het tijd om tot bezinning te komen.

Democratisch gekozen politici blijken in de praktijk niet op een verstandige manier met schulden en garanties om te kunnen gaan. Schulden worden immers door een volgende generatie betaald, ten dele door mensen die nog niet mogen kiezen. Hetzelfde geldt voor een overheidsgarantie als de Nationale HypotheekGarantie: leuk voor nu, maar uiterst onrechtvaardig beleid als straks de belastingbetaler, sociale huurder incluis, de verliezen mag dekken.

Zoals er een centrale bank is die over onze munt waakt, wordt het niet eens tijd voor een niet-politieke instantie die over ons schulden- en garantiebeleid gaat waken? Laat de huidige schuldencrisis niet afdoende zien dat de politiek deze taak nooit op het juiste moment op zich zal nemen?  Als we op deze weg voortgaan dan is het alleen maar wachten totdat de westerse landen binnen enkele generaties als dominostenen zullen omvallen.

zondag 24 juli 2011

De redding van Griekenland

Een Duitser wil afrekenen bij een Grieks restaurant. 'Dat is dan 59 euro', zegt de ober. 'Hier heb je tien euro', zegt der Otto, 'laat de rest maar zitten'.

Laat ik hier iets meer proberen te zeggen over waar het heengaat met de euro en met onze euro's.
Eerste de euro's

Over welke bedragen gaat het: totale door de EU aan Griekenland toegezegd is nu circa 180 miljard op 320 miljoen burgers met de euro, maakt 560 euro per burger dus circa 1.700 per gezin. Dit geld zijn we overigens nog niet helemaal kwijt want de Grieken zijn verplicht hun best te doen om het weer terug te betalen.

Waar gaat het heen met de euro
Als een kikker die in een pan langzaam gekookt wordt en niet door heeft dat het eens tijd wordt om eruit te springen, zo zal het ons ook vergaan. Het echte nieuws van de afgelopen week was niet Griekenland, maar Italië en Spanje. Zíj gingen langs de rand van de afgrond toen de rente op hun schulden steeg boven de zes procent, een procent meer dan de week ervoor.

Om dit goed op u te laten inwerken, denk even mee over de gevolgen voor alle hypotheken en staatsschulden in die landen. Hypotheken worden een procent of vijftien duurder, dikke kans dus dat de huizenprijzen, verder, dalen. Het financieren van de staatsschuld wordt ook duurder, in Italië kost dat elke burger circa één procent van zijn inkomen, in Spanje circa een half procent.

Kortom, grote kans dat Italië en Spanje weer in recessie terecht komen wanneer de rente voor langere tijd zo hoog blijft. Dit zet een vliegwiel in werking: beleggers houden niet van krimpende economieën want die kunnen moeilijker hun schulden terugbetalen. Daardoor stijgt de rente verder. Dan wordt de recessie nog erger en op een gegeven moment is het verhaal hetzelfde als in Griekenland. Het verschil is alleen dat deze landen zo groot zijn dat we ze niet zomaar kunnen redden.

Samenvattend komt het erop neer dat we al langs de afgrond zijn gegaan en dat we er nog dicht in de buurt zijn. Hebt u iets gemerkt van extra waakzaamheid in Italië en Spanje om een rampscenario te voorkomen? Veel te weinig.

Dit echte drama gaat als volgt aflopen. De rentes in Italië en Spanje gaan eerst nog flink oplopen, er breekt paniek uit op de financiële markten, de euro daalt en de rentes in alle landen gaan oplopen, misschien behalve Duitsland maar ook in Frankrijk. De ECB wordt opgedragen de geldpers aan te zetten.  De euro wordt een zwakke munt en we eindigen met een bittere smaak in de mond. Ober, doet u nog maar een Ouzo.